Toezeggingen door de gemeente
Je hoort het regelmatig: gevallen waarin burgers menen dat de gemeente, bij monde van een ambtenaar heeft aangegeven, om iets te doen (bijv. een vergunning af te geven) of juist om iets na te laten: ‘ambtenaar van de vergunningen zei dat het allemaal goed zou komen en dat mijn aanvraag zal worden ingewilligd’ of ‘mij is toegezegd dat gemeente handhavend gaat optreden als reactie op mijn verzoek’.
Als uiteindelijk een besluit volgt, dan blijkt dat besluit niet in overeenstemming te zijn met de verwachtingen met als gevolg een teleurgestelde burger, die verontwaardigt de uitspraken van de desbetreffende ambtenaar aanhaalt.
In feite beroept de burger zich in dat geval op het vertrouwensbeginsel. Het vertrouwensbeginsel houdt in dat een burger mag vertrouwen dat de overheid een toezegging of belofte nakomt.
Aan de toepassing van het vertrouwensbeginsel stelt de rechtspraak (zeer) strenge eisen. Door een uitspraak van de hoogste bestuursrechter van 28 mei 2019 lijkt thans de lat iets lager te liggen, daar de rechter nu meer nadruk legt op het perspectief van ‘de redelijk denkende burger’. Wat zijn de voorwaarden voor een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel?
Er moet sprake zijn van een (1) concrete tot de betrokkene gerichte toezegging in de vorm van een uitlating, mededeling of gedraging, (2) deze toezegging moet aan het bevoegde gezag kunnen worden toegerekend, hierbij is niet (meer) relevant of de ambtenaar ook daadwerkelijk bevoegd is om een toezegging te doen, het gaat er om of betrokkene op goede gronden mocht veronderstellen dat degene die de toezegging heeft gedaan de opvatting van het bevoegde orgaan vertolkte. Is daar allemaal sprake van, dan dient het bestuursorgaan in beginsel de toezegging na te komen. In sommige gevallen kan ondanks dat er sprake is van een toezegging waarmee gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt, de gemeente afzien van het nakomen van de toezegging, omdat er zwaarder wegende belangen in het spel zijn. Is dat het geval, dan kan betrokkene aanspraak maken op vergoeding van de schade die door toedoen van gerechtvaardigd opgewekt vertrouwen is ontstaan.
Kortom, geslaagd beroep doen op het vertrouwensbeginsel is niet eenvoudig, maar zeker niet onmogelijk. Twijfelt u of de gemeente (of een ander bestuursorgaan) aan u bindende toezeggingen heeft gedaan? Neem vrijblijvend contact met ons op.
Wilt u meer weten over ons of het kantoor neem dan contact op.